- afkomen
- {{afkomen}}{{/term}}1 [zich verwijderen] come off/away (from)2 [+ op] [toegaan naar] come up to/towards3 [afdalen] come down4 [ontslagen, bevrijd raken] get rid of ⇒ be done/finished with 〈iets vervelends〉, 〈ontsnappen〉 get off/away, get out of 〈uitnodiging, verplichting〉5 [ten einde komen] end ⇒ conclude, be finished6 [afstammen] 〈geslacht〉 be descended (from); 〈woord〉 be derived (from)♦voorbeelden:2 (dreigend) op iemand afkomen • approach someone (menacingly)de muggen komen op het licht af • mosquitoes are drawn/attracted to the lightzij zag de auto recht op zich afkomen • she saw the car heading straight for her/coming straight at her3 een weg/een rivier afkomen • come down a road/a river4 er gemakkelijk afkomen • get off easilyer met de schrik van afkomen • get off with only a scareik kon niet van hem afkomen • I couldn't shake him off/get rid of him¶ wanneer komt die benoeming af? • when will that appointment come through?
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.